Stel je de volgende scène eens voor, uit een filmpje dat ik laatst zag.
Een vader en zijn dochtertje zitten naast elkaar op de grond. Het meisje is een dreumes van twee jaar en huilt werkelijk hartverscheurend. Soms weent het zachtjes, dan weer krijst het boos en gefrustreerd. Diep opgekropte spanning wringt zich een weg vanuit haar lijfje naar boven. Ze balt haar vuistjes en slaat haar papa ermee op zijn armen.
Als hij haar wil knuffelen, duwt ze hem weg en gaat in een hoekje van de kamer zitten. Nog meer huilen. Ongecontroleerd, met wat we noemen: hysterische tranen. Ze huilt écht. Het komt recht uit haar ziel.
Minutenland zit de vader naast zijn kind. Hij is niet boos of geïrriteerd. Uit niets blijkt dat hij vindt dat het meisje moet ophouden met huilen.
Nee, hij is een baken van geduld. Zonder iets te zeggen straalt hij uit: Ik ben er voor je. Ik ga niet weg. Als je een knuffel nodig hebt, kom maar halen. Als je geen knuffel wil, ook goed.
Dan verandert er iets bij het kleine meisje. Ze snikt nog wat en kijkt om zich heen. Ze kruipt uit haar hoekje en valt in de armen van haar vader. Haar boosheid, haar tranen, alles komt tot rust. Nu is ze wél klaar voor een knuffel. Nu alles eruit is, kan ze in papa’s armen weer bijkomen.
De vader houdt het kind vast en zegt lieve woordjes tegen haar. Daarna staat het meisje weer op en gaat met een grote glimlach weer verder spelen met de poppen.
Wat mij het meest raakte in dit filmpje
Dat het kind helemaal zichzelf mocht zijn, dat raakte me diep. Plus dat de vader zo goed begreep hoe belangrijk het is om emoties te ontladen.
Ik vergelijk emoties ontladen vaak met het legen van een emmer die druppel voor druppel is volgeraakt. Met al die kleine dingen die je zoal meemaakt.
Misschien was het meisje een paar dagen eerder wel haar lievelingsknuffel kwijtgeraakt, ziet ze ’s nachts een spookje in haar slaapkamer en wil een vriendinnetje niet meer met haar spelen. Ze heeft met haar grote-kleine-meisjes-oren opgevangen dat opa erg ziek is en voelt de spanning in het huis.
Al die grote en kleine dingetjes, al die druppels maken haar emmer voller en voller.
En dan is er dat ene druppeltje te veel
Dan duwt haar broertje jaar uit de zetel, omdat hij net op dezelfde plek wil zitten als zij. Bam, en dan stroomt haar emmertje over.
Het lijkt of het kind overdreven reageert, maar dat is niet zo.
Het was gewoon de spreekwoordelijke druppel.
En die vader begreep dat! Hij voelde precies aan dat het meisje even moest ontladen, even loslaten.
Je kan je emoties wel parkeren,
maar op een gegeven moment geraakt de parking vol
Zei ooit iemand tegen me. En zo is het precies.
In mijn ogen gaf de vader een paar mooie geschenken aan zijn dochter.
Dat het goed en gezond is om haar emoties te uiten. En dat het kind zichzelf mocht zijn. Hij liet haar weten dat hij altijd van haar houdt. Als ze blij en vrolijk is, maar ook op de moeilijke momenten. Ook als ze huilt en boos is, dan houdt hij ook van haar.
Dat is voor mij liefde, onvoorwaardelijke liefde en dat raakte me diep.
Wat heeft dit te maken met snoepen, snacken en eetbuien?
Heel veel!
Het spreekwoord zegt: Maak je niet zo dik.
Wat dat wil zeggen: is: Maak je niet boos.
Uit de innerlijke druk van boosheid of verdriet, komen immers verslavingen vandaan.
Want die onrust en dat nare gevoel probeer je te dempen met een stuk cake, chocolade, een zak chips of een glas wijn. Dat geeft tijdelijk een goed gevoel. Als je ooit weleens een eetbui hebt gehad, begrijp je wat ik bedoel.
Daarom mijn boodschap:
Dat jij zo gehecht bent aan eten is niet ‘zomaar’
Dat het jou niet lukt om af te vallen is niet ‘zomaar’.
Het heeft niets te maken met discipline.
Het heeft te maken met voelen.
Of liever gezegd het niet kunnen voelen van de reden waarom je (teveel) eet of snoept.
Ik begrijp als geen ander dat veranderen makkelijker gezegd is dan gedaan. In onze maatschappij is weinig aandacht voor innerlijke zelfzorg. Je moet je altijd maar goed voelen. Je mag je niet kwetsbaar tonen.
‘Mijn hart is groot genoeg voor alle pijn’
|